Je kunt ook veel leuke en leerzame dingen met muis doen, kijk maar !
Introductie
Als introductie bekijken we eerst het boek. Wat zie je op de voorkant? Op de voorkant staan letters, dit noemen we de titel van het boek. De zijkant van het boek noemen we de rug. We bestuderen ook de achterkant van het boek. Daarna lees ik het boek voor. Nadat ik heb gelezen stel ik een aantal vragen. De belangrijkste vraag is: Welke dieren komen allemaal voor in het boek? Ik vertel dat ik ook een tas heb meegenomen en maak de kinderen een beetje nieuwsgierig. Daarna gaan we samen kijken wat er in de tas zit.
Doel: De kinderen komen al een beetje in de stemming van het thema en herhalen de woorden, zoals: titel, rug, voorkant en achterkant.
Materialen: Het boek en de tas.
Individuele activiteiten om te doen
1. Rekenactiviteit: cijfer-stempelboekje
Met deze cijfer-stempelboekje kunnen de kinderen de cijfers stempelen die bij de appels horen. Tel de appels en zoek de goede cijfer erbij. Dit boekje is te vinden op http://www.kleutergroep.nl
Doel: cijfersymbool toepassen en tellen
Materialen: werkboekje, cijferstempels.
2. Taalactiviteit:
kleine muis memory met de kinderen. Je doet dit met ongeveer 3 leerlingen. De kinderen draaien om en om 2 kaartjes om. Als ze dezelfde kaartjes hebben gevonden mogen ze nog een keer. Als ze een kaartje hebben omgedraaid, gaan ze vertellen wat ze op de plaatje zien.
Doel: kijken wat de kinderen nog weten over het verhaal en de begrippen nog herkennen.
Materiaal: memory kaarten.
/uploads/3/9/5/1/39513701/kleinemuismemory.odt
3. beeldende activiteit:
Appel maken met kralenplank. De kinderen moeten eerst goed kijken en concentreren. Dit mag je met z'n tweeën doen. De kinderen moeten zich goed concentreren.
Doel: oefenen met fijne motoriek, concentratie en samenwerken.
materialen: kralenplank, kraaltjes en een voorbeeld.
Als introductie bekijken we eerst het boek. Wat zie je op de voorkant? Op de voorkant staan letters, dit noemen we de titel van het boek. De zijkant van het boek noemen we de rug. We bestuderen ook de achterkant van het boek. Daarna lees ik het boek voor. Nadat ik heb gelezen stel ik een aantal vragen. De belangrijkste vraag is: Welke dieren komen allemaal voor in het boek? Ik vertel dat ik ook een tas heb meegenomen en maak de kinderen een beetje nieuwsgierig. Daarna gaan we samen kijken wat er in de tas zit.
Doel: De kinderen komen al een beetje in de stemming van het thema en herhalen de woorden, zoals: titel, rug, voorkant en achterkant.
Materialen: Het boek en de tas.
Individuele activiteiten om te doen
1. Rekenactiviteit: cijfer-stempelboekje
Met deze cijfer-stempelboekje kunnen de kinderen de cijfers stempelen die bij de appels horen. Tel de appels en zoek de goede cijfer erbij. Dit boekje is te vinden op http://www.kleutergroep.nl
Doel: cijfersymbool toepassen en tellen
Materialen: werkboekje, cijferstempels.
2. Taalactiviteit:
kleine muis memory met de kinderen. Je doet dit met ongeveer 3 leerlingen. De kinderen draaien om en om 2 kaartjes om. Als ze dezelfde kaartjes hebben gevonden mogen ze nog een keer. Als ze een kaartje hebben omgedraaid, gaan ze vertellen wat ze op de plaatje zien.
Doel: kijken wat de kinderen nog weten over het verhaal en de begrippen nog herkennen.
Materiaal: memory kaarten.
/uploads/3/9/5/1/39513701/kleinemuismemory.odt
3. beeldende activiteit:
Appel maken met kralenplank. De kinderen moeten eerst goed kijken en concentreren. Dit mag je met z'n tweeën doen. De kinderen moeten zich goed concentreren.
Doel: oefenen met fijne motoriek, concentratie en samenwerken.
materialen: kralenplank, kraaltjes en een voorbeeld.
4. spel:
Je hebt een doos met een gat erin en allerlei voorwerpen. Je probeert de voorwerpen in de gat te stoppen. Welke spullen passen wel in het gat en welke niet? Hoe komt dit dan? De kinderen kunnen hier met elkaar over praten. Hierna kun je nog een doos maken met nog een grotere of kleinere gat. Probeer het nu nog is! Dit kun je alleen of met z'n tweeën spelen.
Doel: meten, goed kijken en uitproberen
materialen: doos of plastic zakje met een gat erin, verschillende voorwerpen.
5. Kleurplaat:
Als laatste een leuke kleurplaat die de kinderen netjes kunnen inkleuren!
Doel: oefenen met de fijne motoriek
materialen: de kleurplaat, potloden of stiften.
Je hebt een doos met een gat erin en allerlei voorwerpen. Je probeert de voorwerpen in de gat te stoppen. Welke spullen passen wel in het gat en welke niet? Hoe komt dit dan? De kinderen kunnen hier met elkaar over praten. Hierna kun je nog een doos maken met nog een grotere of kleinere gat. Probeer het nu nog is! Dit kun je alleen of met z'n tweeën spelen.
Doel: meten, goed kijken en uitproberen
materialen: doos of plastic zakje met een gat erin, verschillende voorwerpen.
5. Kleurplaat:
Als laatste een leuke kleurplaat die de kinderen netjes kunnen inkleuren!
Doel: oefenen met de fijne motoriek
materialen: de kleurplaat, potloden of stiften.
Groepsactiviteiten om te doen
1. rekenactiviteit:
De kinderen zitten in de kring. Je hebt appels in een zakje zitten. Je legt bijvoorbeeld 10 appels op tafel. De kinderen doen de ogen dicht en je haalt een paar appels weg. Hoeveel appels zijn er weg? Hoe weetje dat? Daarna doen ze weer de ogen dicht en mag bijvoorbeeld een kind een paar appels weghalen.
Beginsituatie: De kinderen kunnen optellen en terug tellen tot 10.
Doel: De kinderen kunnen tellen en zien hoeveel appels er weg zijn.
Materialen: Appels en zakje
2. taalactiviteit:
een liedje
Liedje Kleine muis zoekt een huis (Melodie In Holland staat een huis)
Kleine muis die zoekt een huis
Kleine muis die zoekt een huis
Kleine muis die zoekt een huis ja ja
Van je singela singela hopsasa
Kleine muis die zoekt een huis
Voor een appel en een muis
En ze vindt een mollenhol
En ze vindt een mollenhol
En ze vindt een mollenhol ja ja
Van je singela singela hopsasa
En ze vindt een mollenhol
Maar daar is het veel te vol
En ze komt nu bij konijn
En ze komt nu bij konijn
En ze komt nu bij konijn ja ja
Van je singela singela hopsasa
En ze komt nu bij konijn
Maar dat kan haar huis niet zijn
Kleine muis komt nu bij das
Kleine muis komt nu bij das
Kleine muis komt nu bij das ja ja
Van je singela singela hopsasa
Kleine muis komt nu bij das
Maar dat huisje is niet pas
Op het laatst ziet ze een beer
Op het laatst ziet ze een beer
Op het laatst ziet ze een beer ja ja
Van je singela singela hopsasa
Op het laatst ziet ze een beer
Maar dat hol wil ze niet meer
Je zingt eerst het liedje voor. Daarna vraag je de kinderen wat je opvalt aan het liedje. Er zitten veel woorden bij die op elkaar rijmen: beer-meer, das-pas, muis-huis, hol-vol, konijn-zijn. Dit bespreek je met de kinderen en je kunt ook vragen of zei ook woordjes weten die op elkaar rijmen.
Beginsituatie: De kinderen oefenen op school al veel met rijmen en weten wat het inhoud.
Doel: kinderen gevoel maken voor rijmen.
Materiaal: blaadje met liedje erop.
3. beeldende activiteit:
De kinderen krijgen een blaadje en mogen een mooie huis voor kleine muis tekenen. Het mag lekker op hun eigen manier! Er komen zeker veel mooie huisjes uit. Dit mogen ze natuurlijk ook versieren en inkleuren.
Beginsituatie: De kinderen maken vaak een tekening en krijgen de opdracht het netjes in te kleuren
Doel: Oefenen fijne motoriek en goed nadenken over wat je wilt tekenen, netjes inkleuren
Materiaal: een witte A4 en kleurpotloden, stiften of wasco.
4. Bewegingsspel:
Dit kan mooi in het speellokaal. Er zijn 1 of 2 tikkers. Er liggen allemaal appeltjes in het lokaal verspreid en er liggen mandjes aan de zijkanten. De kinderen moeten proberen alle appels in het mandje te doen voordat ze getikt worden. De tikker heeft gewonnen als ze alle kinderen hebben getikt voordat de appels in de mandjes zijn! De andere kinderen hebben gewonnen als ze alle appels in de mandjes hebben voordat ze getikt zijn. Rennen maar!
Beginsituatie: De kinderen bewegen elke week in het speellokaal.
Doel: lekker bewegen, energie kwijtraken
Materialen: Appels en mandjes
1. rekenactiviteit:
De kinderen zitten in de kring. Je hebt appels in een zakje zitten. Je legt bijvoorbeeld 10 appels op tafel. De kinderen doen de ogen dicht en je haalt een paar appels weg. Hoeveel appels zijn er weg? Hoe weetje dat? Daarna doen ze weer de ogen dicht en mag bijvoorbeeld een kind een paar appels weghalen.
Beginsituatie: De kinderen kunnen optellen en terug tellen tot 10.
Doel: De kinderen kunnen tellen en zien hoeveel appels er weg zijn.
Materialen: Appels en zakje
2. taalactiviteit:
een liedje
Liedje Kleine muis zoekt een huis (Melodie In Holland staat een huis)
Kleine muis die zoekt een huis
Kleine muis die zoekt een huis
Kleine muis die zoekt een huis ja ja
Van je singela singela hopsasa
Kleine muis die zoekt een huis
Voor een appel en een muis
En ze vindt een mollenhol
En ze vindt een mollenhol
En ze vindt een mollenhol ja ja
Van je singela singela hopsasa
En ze vindt een mollenhol
Maar daar is het veel te vol
En ze komt nu bij konijn
En ze komt nu bij konijn
En ze komt nu bij konijn ja ja
Van je singela singela hopsasa
En ze komt nu bij konijn
Maar dat kan haar huis niet zijn
Kleine muis komt nu bij das
Kleine muis komt nu bij das
Kleine muis komt nu bij das ja ja
Van je singela singela hopsasa
Kleine muis komt nu bij das
Maar dat huisje is niet pas
Op het laatst ziet ze een beer
Op het laatst ziet ze een beer
Op het laatst ziet ze een beer ja ja
Van je singela singela hopsasa
Op het laatst ziet ze een beer
Maar dat hol wil ze niet meer
Je zingt eerst het liedje voor. Daarna vraag je de kinderen wat je opvalt aan het liedje. Er zitten veel woorden bij die op elkaar rijmen: beer-meer, das-pas, muis-huis, hol-vol, konijn-zijn. Dit bespreek je met de kinderen en je kunt ook vragen of zei ook woordjes weten die op elkaar rijmen.
Beginsituatie: De kinderen oefenen op school al veel met rijmen en weten wat het inhoud.
Doel: kinderen gevoel maken voor rijmen.
Materiaal: blaadje met liedje erop.
3. beeldende activiteit:
De kinderen krijgen een blaadje en mogen een mooie huis voor kleine muis tekenen. Het mag lekker op hun eigen manier! Er komen zeker veel mooie huisjes uit. Dit mogen ze natuurlijk ook versieren en inkleuren.
Beginsituatie: De kinderen maken vaak een tekening en krijgen de opdracht het netjes in te kleuren
Doel: Oefenen fijne motoriek en goed nadenken over wat je wilt tekenen, netjes inkleuren
Materiaal: een witte A4 en kleurpotloden, stiften of wasco.
4. Bewegingsspel:
Dit kan mooi in het speellokaal. Er zijn 1 of 2 tikkers. Er liggen allemaal appeltjes in het lokaal verspreid en er liggen mandjes aan de zijkanten. De kinderen moeten proberen alle appels in het mandje te doen voordat ze getikt worden. De tikker heeft gewonnen als ze alle kinderen hebben getikt voordat de appels in de mandjes zijn! De andere kinderen hebben gewonnen als ze alle appels in de mandjes hebben voordat ze getikt zijn. Rennen maar!
Beginsituatie: De kinderen bewegen elke week in het speellokaal.
Doel: lekker bewegen, energie kwijtraken
Materialen: Appels en mandjes
5. Ontdekhoek:
De kinderen maken appelmoes samen met de juf! Juf schilt de appels en verwijdert het klokhuis. De kinderen snijden de appels in kleine stukjes voor het de pan in gaat. Daarna wordt de appelmoes gekookt en uiteindelijk wordt het resultaat met z'n allen geproefd!
De kinderen maken appelmoes samen met de juf! Juf schilt de appels en verwijdert het klokhuis. De kinderen snijden de appels in kleine stukjes voor het de pan in gaat. Daarna wordt de appelmoes gekookt en uiteindelijk wordt het resultaat met z'n allen geproefd!